In de verte zien we ze aankomen; een groep van zeker vijftig dolfijnen. Eerder zagen we soortgenoten in de verte, maar deze groep zoekt contact. Voor de boeg van het schip schieten ze door het water en maken sprongen.
Met een jacht zijn we onderweg naar Raja Ampat, een eilandengroep ten westen van de Vogelkop. Ons hoofddoel? Ach, open een nieuw tabblad (google ‘Raja Ampat’) en je begrijpt het. Afgelopen zaterdag was er Sail Raja Ampat, een zeilevenement dat jaarlijks een andere eilandengroep aandoet en daarmee het toerisme in dat gebied een boost wil geven.
Wij vertrokken een week vóór het evenement, omdat het decoratiebedrijf van een vriendin het kantoor van de burgemeester van Waisai mocht versieren. Maar dat was dus niet ons hoofddoel. Jam karet, wat rubberen tijd betekent, zal ook tijdens deze reis gelden. Door problemen met de motor, stappen we ruim vierentwintig uur later een bungalow in Waisai binnen. Iedereen is kapot.
Regen gooit roet in het eten. Volgens de zus van Theo is het regenseizoen hier vervroegd begonnen. Dan maar een dagje bijkomen van de bootreis. Dat bevalt prima. Als het de dag erop het weer in de middag opklaart, trekken we per motor de bergen in. Dit blijkt een goede balanceeroefening, want de wegen verdienen eigenlijk hun naam niet. Grind, stenen en modder. Stijl omhoog, stijl omlaag, stijl omhoog, stijl omlaag. En níet vallen. Nog even een beek door. Natte schoenen. Een flinke regenbui en de wegen die hun naam niet verdienen zijn nog glad ook. Gelukkig is de omgeving prachtig. Van de paradijsvogel die overvliegt, vang ik alleen een glimp op, want ja, we willen níet vallen. Heelhuids komen we bij het ondergaan van de zon terug bij de bungalow.
Ook de dag daarop schijnt de zon. Per speedboat knallen we over de golven en bereiken we surga jatuh ke bumi, oftewel ‘het paradijs dat op aarde is gevallen’. En dat klopt. Boven water prachtige eilanden met hagelwitte stranden. Onder water meer vissen dan ik ooit eerder tijdens een duik heb gezien. Adembenemend!!!
Nog dezelfde avond, het is ondertussen woensdag, verwachten we met het jacht huiswaarts te keren. Echter, het jacht is nergens te bekennen… Het blijkt niet in Waisai te liggen. Bovendien kunnen we niet meer terecht in de bungalow en zijn alle hotels in verband met Sail Raja Ampat volgeboekt. Dan maar dutten bij het kantoor van de burgemeester. Uiteindelijk val ik op de bank van de tante van één van m’n reisgenoten in slaap.
Gelukkig is het jacht de volgende ochtend terecht en vertrekken we in de middag richting Sorong waar we een tussenstop maken voor brandstof. Brandstof? Nee, geen brandstof. Wel jam karet in de overtreffende trap. In het bed van het neefje van een andere reisgenoot val ik deze avond in slaap. Pas de volgende avond kunnen we door om nog een dag later, het is ondertussen zaterdagavond, de haven van Manokwari binnen te varen. Van het hoofddoel van deze reis heb ik even mogen proeven. Het smaakte heerlijk, maar vooral naar meer. Heel veel meer.
Kijk voor meer foto’s op rufus.reislogger.nl !