Persipura
door Rufus Timmermans
Theo is door het dolle heen. Hij springt om me heen en herhaalt telkens ‘Boaz! Boaz lagi!’ Hij heeft gescoord, alweer. De topscorer van de Indonesische competitie speelt voor het team dat al drie keer op rij landskampioen is geworden, Persipura. Op dit moment speelt de club uit Jayapura de halve finale tegen Pelita Bandung Raya en het ziet er goed uit. Helemaal als Boaz nogmaals scoort. Uiteindelijk wint het favoriete team van Papoea met 2-0 en gaat dus door naar de finale.
Het niveau
In een land waar ruim 250 miljoen mensen wonen en voetbal immens populair is, verwacht je dat de landelijke competitie van hoog niveau is. Bovendien zou het samenstellen van een sterk nationaal team ook niet moeilijk moeten zijn. Helaas, het niveau is laag en het zal nog wel even duren voordat Indonesië, en later Papoea, aan een WK deel zal nemen.
Het probleem
Op straat in Berastagi, een plaats op Sumatra, sprak ik vorig jaar een man die het graag met me over de huidige situatie van het voetbal in Indonesië wilde hebben. Hij is ervan overtuigd dat er hulp uit Nederland moet komen om het voetbal in Indonesië te ‘redden’. ‘Nederland heeft tenslotte nog wat goed te maken.’ Een andere man is bang dat het niveau ook met de hulp van buitenaf niet zal stijgen. Corruptie heeft namelijk ook zijn wortels in het voetbal. Dat heb ik van meerdere mensen gehoord. Door de corruptie is het moeilijk om sterke spelers en coaches aan te trekken. En naast de coach zijn er anderen die bepalen wie er wordt opgesteld. Dat komt de kwaliteit van het spel niet ten goede. Mooi is het wel, dat veel van de spelers van Persipura Papoea’s zijn.
Trots
De finale tegen Persib, vorige week vrijdag gespeeld, wordt na een verlenging en penalty’s helaas verloren. Manokwari is in mineur, maar is er ook vast van overtuigd dat het verlies is te wijten aan de onterechte rode. Papoea heeft in ieder geval een team om trots op te zijn. Net als Nederland trots kan zijn op PSV.