Kinderen van het eiland
door Astrid van de Griendt & Antwan van Ooijen
Een boottocht van 75 km over een helder blauwe zee, met kleurrijke vissen, koraal en dolfijnen brengt ons naar een afgelegen eiland in de Raja Ampat. Prachtige witte stranden met hoge palmen, overladen door schelpen in allerlei vormen. Vanuit het oerwoud de mooiste melodieën van exotische vogels. Nieuwsgierige kinderen en volwassenen komen ons hartelijk begroeten op de steiger. Zo herinneren wij ons eerste bezoek aan het eiland, als de dag van gisteren. Hoewel het alweer bijna 12 jaar geleden is.
Wij leerden elkaar kennen tijdens de studie hbo-verpleegkunde en het was een wens van ons om iets voor kinderen te betekenen in een ontwikkelingsland. In 2002 raakten we in gesprek met de Stichting Duurzame Samenleving Papua Barat (SDSP). Eind september 2003 reisden we samen met nog een verpleegkundige af om het project “opzetten van een polikliniek, gericht op moeder- en kindzorg” te starten. Onze doelgroep waren kinderen van nul tot vijf jaar (consultatiebureauleeftijd) en hun moeders in het dorpje Yen Waufnor op het eiland Gam. Het hoofddoel van ons bezoek was de gezondheids- en voedingstoestand van kinderen in deze leeftijdsgroep in kaart te brengen.
Het is ontzettend warm, we zijn doodmoe, maar op de plek van bestemming aankomen geeft een geweldig gevoel. De volgende ochtend lopen we om acht uur naar een leslokaal dat we tot onze beschikking hebben gekregen. We richten de ruimte in zodat we moeders met hun kinderen kunnen ontvangen. We gaan ze allemaal screenen door vragen te stellen over hun leeftijd, geslacht, gezinssituatie en gezondheidstoestand. Daarnaast doen we lichamelijk onderzoek: lengte, gewicht, schedel- en armomtrek bepalen, gezichtsvermogen en het gehoor controleren, kijken naar lichaamsbouw en de conditie van het gebit en de huid. Om kwart over acht is de ruimte al overvol met moeders, oma’s en kinderen. Zelfs tot buiten staan ze te wachten. Zonder te stoppen zien we in 4,5 uur 55 kinderen.
Een paar moeders vragen we met hun kind ‘s middags terug te komen, omdat we hen verder willen onderzoeken en mogelijk behandelen. De middag wordt zwaar. We zien zieke kinderen en kinderen met wonden die we kunnen helpen. We zien echter ook zeker zes kinderen die we meteen zouden willen opnemen in een ziekenhuis. Machteloos kijken we toe hoe deze kinderen terugkeren naar hun hut met rieten wanden, daken van bladeren en vloeren van zand. Terug naar een matje om op te slapen. Zo zag de start van ons project er uit.
In 2004 (Astrid alleen) en in 2005 (samen) bezoeken we hetzelfde dorpje om de voortgang van het project te monitoren. Er zijn niet continu vrijwilligers van onze organisatie ter plaatse, daarom is een goede samenwerking met contactpersonen uit de lokale bevolking essentieel. De polikliniek op het eiland Gam wordt door een Papoea vrouw (Maria) en haar Nederlandse man aangestuurd. Bij ons volgbezoek heeft Maria een tafel vol gezet met verbandmateriaal en medicijnen. Wij zijn hier om te kijken en niet om te werken als verpleegkundigen. Maar het zijn veel patiënten, daarom vraagt Maria of we willen helpen. Dat kunnen we natuurlijk niet afslaan. Daarnaast kunnen we zo het geheel beter observeren.
Na twee uur polikliniek hebben we verschillende patiënten gezien en evalueren we de werkzaamheden met Maria. We maken een wandeling door het dorpje en zien de veranderingen. Om elk huisje staat een hek en er zijn veel moestuintjes aangelegd. Ook zijn er veel sierplanten bij de huisjes te zien. De zandstraatjes zijn netjes geveegd, er ligt nergens afval op straat. Er zijn 14 waterputten (met hulp van SDSP), waar actief gebruik van wordt gemaakt. We zien volop mensen die zich aan het wassen zijn met schoon water en zeep. Schoolkinderen zijn al aan het spelen op het schoolplein. De kinderen zien er veel verzorgder uit dan twee jaar geleden. De schooluniformen zijn nieuw, gezichtjes zijn schoon en haren gewassen. Het geeft een goed gevoel om deze vooruitgang waar te nemen.
Noot van de redactie: dit pilotproject op Gam vormde uiteindelijk de basis voor het latere moeder-en-kindzorgproject in de Vogelkop.